Old-Fashion Herd-game

Cobalion knikte even. 'Als ik hem zie en een nacht goed geslapen heb... Dan heeft hij een probleem.' grinnikte hij.

Trigger grinnikte met hem mee. "Dat zou geweldig zijn," stemde ze in.

Mesmer mengde zich in het gesprek. 'Des noods zorg ik er eigenhandig voor dat je wint Cobalion.'

Trigger grijnsde breed. "Ik help ook!"

Cobalion grinnikte even. 'Dan wordt het tijd om het maar eens te proberen.'

Shield kwam grijnzend bij de rest staan. "Ik help ook wel hoor. Geweldig om die gozer eens verslagen te zien."

Cobalion keek grijnzend om zich heen. Dit werd nog wel eens wat. 'Oh, en ik help ook mee,' klonk een grimmige stem terwijl Meddem het bos uit gedraafd kwam. 'Wat een klootzak.'

Shield barste in lachen uit. "Ik zei het je toch," sprak ze de merrie plagend toe.

Meddem zuchtte even. 'Maar ik was te dom om te luisteren.'

Shield keek haar even meelevend aan. "Het is niet jouw schuld dat hij zo'n klootzak is.."

Meddem haalde haar schouders even op. 'Het is wel zijn schuld dat hij denkt dat hij onvoorwaardelijk iets over zijn kuddeleden te zeggen heeft.'

Shield schudde even met haar hoofd. "Wat een klootzak.."

Meddem grimlachte even. 'Wisten we al lang toch?'

Odysseus kwam met een onschuldige glimlach de bosjes uitlopen. "Wie is een klootzak?"

Meddem rolde met haar ogen. 'Cobalion, nu goed?'

Odysseus haalde zijn schouders op. "Klopt wel."

Cobalion snoof even, en keek om zich heen. Er leken geen wolven meer in de buurt te zijn. Hij stak zijn neus in de lucht. Nope, geen wolven meer. Hij maakte zich groot, blies zijn borst wat op, en liep toen met langzame passen op de grote gestippelde hengst af. 'Ik daag je uit klootzak. Je hebt deze kudde nu wel lang genoeg laten lijden.'

Odysseus barste in lachen uit, waarna hij zijn al grote verschijning nog wat groter maakte. "Zo zo.. Cobalion, eindelijk genoeg moed verzameld?"

Cobalion rolde even met zijn ogen. 'Eindelijk ingezien dat het al te lang heeft geduurd.'

Odysseus keek de hengst spottend aan. "Okay prima, challenge accepted."

Cobalion lachtte even grimmig. 'Mooizo.' Hij had een troef achter de hand. De hengst wist niet dat de merries aan zijn kant stonden en hem zelfs zouden helpen als het nodig was. Niet dat het nodig zou zijn. Direct sprong hij op en maaide met zijn voorbenen richting het hoofd van de andere hengst.

Odysseus sprong in een automatisch reflex naar achteren, waarna hij ook omhoog kwam en tegen de andere hengst aan beukte.

Cobalion voelde de ander tegen zich aan beuken, en deed met die beweging mee grote passen naar achteren, zodat de beweging van de stippenbaal in principe minder weerstand tegen zou komen dan hij vermoedelijk verwacht had. Hij stortte zich naar voren met geopende mond, en deed een poging de schoft van de ander vast te pakken.

Odysseus gromde geërgerd toen de weerstand die hij verwacht had minder groot was. Hij was genoodzaakt weer met 4 benen op de grond te gaan staan. Toen de ander naar voren sprong met geopende mond, sprong de gestippelde hengst ternauwernood opzij. Hij draaide zich om en deed een poging de ander tegen zijn borst te schoppen.

Cobalion maakte een grommend geluid toen een hoef van de ander met volle kracht tegen zijn borstbeen kwam - hij was net niet op tijd opzij gesprongen. Razernij dreef hem in een meer roekeloze staat, en hij draaide zijn kont naar de ander, om met volle kracht in diens richting te bokken.